“Dat er geen specifieke belastingregeling voor inkomsten uit cryptomunten voorhanden is, betekent niet dat er geen belasting verschuldigd is. “
Een geïnformeerde cryptobelegger is er twee waard!
Artikel door: Dave van Moppes, Advocaat-vennoot Tuerlinckx Tax Lawyers
Het fiscaal advocatenkantoor Tuerlinckx Tax Lawyers schreef een boek over de fiscaliteit van cryptovermogen en -inkomsten. Het heeft de ambitie om beleggers voor te lichten over de fiscale gevolgen van hun beleggingen. Dit is bijzonder actueel nu de aangifte in de personenbelasting weldra moet worden ingediend.
Met cryptomunten worden winsten gemaakt en inkomsten bekomen. Maar hoe zit het met de fiscaliteit ervan? Dit is een vraag die zich met enige urgentie stelt. De natuurlijke personen dienen immers tegen 15 juli 2022 de aangifte in de personenbelasting in te dienen. Als u zich beroept op een accountant wordt de termijn verlengd tot na de zomer.
Alleen door een correct aangifte in te dienen, kunnen in de toekomst fiscale problemen vermeden worden. Dave van Moppes, een van de auteurs en tevens advocaat-vennoot bij Tuerlinckx Tax Lawyers licht alvast een tipje van de complexe fiscale sluier.
Een onduidelijk kader
Met de deur in huis vallen. Het probleem dat zich op het fiscaal vlak stelt, is dat er geen specifieke belastingregeling voor inkomsten uit cryptomunten voorhanden is. Maar dat betekent uiteraard niet dat er geen belasting verschuldigd is. Het zijn de “algemene” belastingregels die moeten worden toegepast. Dit zijn dezelfde regels als voor beleggingen in aandelen, onroerend goed, kunstwerken, en dergelijke.
De concepten in ons Wetboek Inkomstenbelastingen zijn meer dan 60 jaar oud. Vanzelfsprekend zijn die niet aangepast aan de nieuwe begrippen en benaderingen van de cryptomunten. De belastingplichtige wordt zodoende geconfronteerd met onzekerheid. En nog treffender is dat ook de FOD Financiën geen standpunt inneemt over de kwalificatie van inkomsten uit cryptomunten. De enige aanknoping die de belastingplichtige heeft, zijn de rulings die al door de Dienst Voorafgaande Beslissingen – zeg maar de rulingcommissie – zijn afgegeven.
Die rulings nemen een streng standpunt in. Het beleggen in cryptomunten zal sneller aanleiding geven tot belastbaarheid vergeleken met het beleggen in traditionele producten. Een standpunt dat bijzonder veel kritiek oogst. En bovendien behandelen de rulings maar een kleine fractie van de problematiek.
Het correct omgaan met de fiscaliteit is nochtans essentieel. Het meest kritische tijdstip is zonder meer het tijdstip waarop de belegger zijn opbrengsten opnieuw wenst om te zetten in fiat, zeg maar euro’s. Op dit punt wordt onder de laatste titel van dit artikel stil gestaan.
Meerwaarde op cryptomunten belast?
Deze vraag kan niet eenduidig worden beantwoord. Het hangt ervan af. Beleggers wiens profiel als beroepsbeoefenaar kwalificeert, zullen de meerwaarde belast zien als professionele inkomsten tegen progressieve tarieven die kunnen oplopen tot 50%. Dit soort profiel komt eerder zelden voor. Maar toch is enige voorzichtigheid gepast. In deze categorie situeren zich de beleggers die voor anderen beleggen in ruil voor een vergoeding of die zeer actief zijn in de cryptowereld, bijvoorbeeld door een YouTube-kanaal bij te houden of munten te minen.
Aan het andere uiterste van het fiscaal spectrum ligt het “normaal beheer”. Als een beleggersprofiel zodanig kwalificeert, is de meerwaarde volledig vrijgesteld van belasting. De kernvraag is of een “goed huisvader” een dergelijk (beleggings-)risico zou hebben genomen. Als dat het geval is, is er sprake van normaal beheer. In het andere geval is de meerwaarde te kwalificeren als diverse inkomsten en belastbaar tegen 33%.
De vraag beantwoorden of iets “normaal beheer” is of net niet is een bijzonder heikele kwestie. Klassiek worden de volgende elementen in overweging genomen:
(i) het aandeel van de risicovolle activa in verhouding tot de totale bezittingen,
(ii) het aantal verrichte transacties en
(iii) de tijd die verstrijkt tussen de aankoop en de verkoop van de activa. Punt is dat moet worden nagegaan of de belegging een onevenredig risico inhoudt, en of het de bedoeling was op korte termijn winst te maken, wetende dat er risico’s verbonden zijn aan de belegging.
Voor cryptomunten is deze analyse allerminst evident omdat het referentiekader totaal anders is. Alleen al het feit dat er geen wezenlijke barrières op het uitvoeren van transacties zijn, maakt dat cryptomunten niet één op één met traditionele markten kunnen worden vergeleken. Een cryptotransactie kan bij wijze van spreken zelfs vanop de gsm bij het opstappen van de bus worden verricht. Het aantal transacties dat in één jaar wordt verricht, zal dus in regel hoger ligger dan voor andere, meer traditionele, beleggingen.
Ter illustratie: uit analyses blijkt dat de gemiddelde houdperiode van een bitcoin – nota bene een van de minst volatiele cryptomunten – 80 dagen bedraagt. Vandaar dat meer belang moet worden gehecht aan het criterium van het aandeel van de cryptomunten in verhouding met de totaliteit van het vermogen ter beoordeling van het “goed huisvader”-principe.
Beleggers die de grenzen van een normaal vermogensbeheer te buiten gaan, zonder er op bijzonder georganiseerde wijze of professioneel mee om te gaan, zien hun winsten belast als diverse inkomsten tegen 33% (+ gemeentebelasting).
Cryptomunten kunnen in regel rechtstreeks worden omgezet in een andere cryptomunt. Een belegging in aandelen daarentegen wordt in de regel verkocht. De belegger ontvangt “euro’s” en daarmee worden andere aandelen gekocht. Om de meerwaarde op hun munten te beschermen tegen volatiliteit, wisselen beleggers hun munten – neem nu Ether als voorbeeld – vaak in “stablecoins”. Een wijdverbreid misverstand onder beleggers is dat ze enkel belast zijn indien ze hun cryptomunten opnieuw in euro’s omzetten. Dit is de door Frankrijk gekozen oplossing, die een zekere vorm van logica in zich houdt. Maar dat is in België echter niet de regel. Bij gebrek aan een specifieke fiscale regeling, is elke transactie een belastbare verrichting. Dit kan voor een belegger een harde fiscale realiteit zijn. En ook betekenen dat hij al een hele tijd, vanuit fiscaal oogpunt, winsten aan het realiseren is zonder zich daarvan bewust te zijn.
Daarnaast is het ook mogelijk om passieve inkomsten te verwerven. Neem bij wijze van voorbeeld “staking”, maar uiteraard zijn er ook vele andere. Staking betekent dat cryptomunten voor een bepaalde periode geblokkeerd worden met als finaliteit de stabiliteit van het netwerk te verzekeren. Dit gebeurt tegen een vergoeding. Een beetje vergelijkbaar met de traditionele interesten. Het is de gangbare mening dat zulke inkomsten ook effectief kwalificeren als roerende inkomsten. Bijgevolg zijn ze belastbaar tegen het tarief van roerende voorheffing, zijnde 30%. Aangezien geen bevrijdende roerende voorheffing werd ingehouden, moet een belegger zijn “staking”-inkomsten ook opnemen in zijn belastingaangifte in de personenbelasting. Weinig beleggers zijn zich hiervan bewust.
Crypto-rekeningen aangeven?
Een andere (te) weinig gekende verplichting is dat rekeningen op exchanges moeten worden aangegeven bij het Centraal Contactpunt van de Nationale Bank van België als die exchange in het buitenland is gevestigd. De rekening wordt immers beschouwd als een buitenlandse rekening. De rekeningen moeten overigens ook elk jaar in de aangifte in de personenbelasting worden opgenomen, op straffe van een administratieve boete van maximaal 1.500 euro.
Wat moet ik doen als mijn bank mij weigert mijn inkomsten naar mijn bankrekening te laten repatriëren?
Voorlopig kunnen cryptomunten slechts in zeer beperkte mate als betaalmiddel worden gebruikt. Beleggers zullen terugkeren naar euro’s. Hun cryptovermogen wordt dan geheel of gedeeltelijk omgezet in een zeg maar “klassieke” bankrekening.
Banken zijn binnen het kader van de antiwitwaswetgeving verplicht de herkomst van de gelden te onderzoeken. De bank zal dan vragen stellen over de herkomst van het vermogen. De belegger zal dan moeten bewijzen dat hij met legale middelen (bijvoorbeeld met zijn persoonlijke spaartegoeden) in crypto’s heeft geïnvesteerd. Dit gaat ver. Zij zullen ook de transacties moeten verantwoorden. Het is daarbij niet ongebruikelijk dat de belegger niet meer over de documenten beschikt, bijvoorbeeld omdat de beurs waarop hij de crypto’s kocht, is verdwenen zonder dat hij de uittreksels van de transacties heeft kunnen downloaden. Ook is het in complexe gevallen, waarin het aantal transacties zeer groot is, zeer moeilijk om een duidelijke verantwoording af te leggen of de eerdere transacties te reconstrueren. Daarnaast zal de cryptobelegger ook moeten kunnen aantonen dat zijn cryptovermogen en dito inkomsten het correcte fiscale stelsel hebben ondergaan. Over het algemeen zijn banken zeer terughoudend om cryptovermogen te aanvaarden.
Als de bank er niet van overtuigd is dat de crypto-inkomsten correct belast werden in het verleden, zal zij de tegoeden slechts aanvaarden indien de cryptobelegger zijn fiscale toestand geregulariseerd heeft.
Dat komt erop neer dat een belegger zich geconfronteerd weet met in het verleden ten onrechte niet betaalde belasting, verhoogd met een boete van 25 procentpunten op de niet aangegeven inkomsten. Dat is een zeer aanzienlijke beboeting.
Een geïnformeerde cryptobelegger is er twee waard zegt het spreekwoord. In harde reële termen zal hij dus letterlijk 25% meer waard zijn.
CryptoSchool lezers en studenten kunnen het boek ‘Cryptomunten cryptisch belast’ kopen met 10% korting’. Zij betalen aldus slechts 18 euro (inclusief btw en verzendingskosten) in plaats van 20 euro.
Je kan het boek enkel bestellen via deze link
Opgelet: vermeld bij de bestelling in de opmerking “lid CryptoSchool” om van de 10% korting te genieten.
[…] Lees zeker ook: https://cryptoschool.be/de-belgische-belastingen-op-cryptomunten/ […]